Wat een tocht!

8 augustus, eindelijk breekt de dag aan waar ik zo hard naar toe geleefd heb. Na maanden van trainen, uitzoeken van de juiste uitrusting en uittesten van voeding is het zover. De dag van de waarheid. Aangezien de start pas om 21u is, moet ik de dag nog overbruggen met heel veel rust. Van een dutje komt echter niets in huis, daarvoor stroomt er al een beetje te veel adrenaline door mijn lichaam. Ik voel het trouwens al van de avond daarvoor, ik hou me rustig, maar toch spelen de darmen en maag een beetje op. Ik til die dag - en ook de dagen voordien - mijn waterinname naar een hoger level, om zo gehydrateerd mogelijk aan de start te kunnen staan.

Om 17u worden we weggebracht naar Bornem, waar we meer dan anderhalf uur over doen, niet goed voor de zenuwen kan ik je zeggen. Eens daar aangekomen is het een drukte van jewelste. We gaan onmiddellijk in het startvak zitten en bezoeken al even de dixies. Dat laatste blijkt ons beste idee van de dag te zijn aangezien daarna de wachtrij alleen maar langer wordt. Vervolgens maken we onze voetjes klaar en is het wachten op een deeltje van de familie om ons de laatste moed in te spreken. We voelen ons er helemaal klaar voor!

Klaar om te starten!

Nog een laatste aanmoediging aan/van mijn allerliefste vriendin.

Na het startschot duurt het nog een 20-tal minuten alvorens we echt kunnen vertrekken. Er moeten dan ook 13 000 mensen langs de scan passeren, dat duurt dus wel eventjes. Vanaf dan gaat het de eerste 25 km stapvoets. Haha stapvoets, dat klinkt een beetje raar als ik het over een wandeltocht heb, maar met stapvoets bedoel ik letterlijk dat: aanschuiven. Het was opletten geblazen om niemand op de hielen te trappen, dat wil je trouwens niet want je hielen moeten het nog ettelijke kilometers volhouden. Al snel zitten we ook in de maїs voor een plaspauze - kunnen we wel bevestigen: heel veel maїs in Bornem en omstreken, en daar zijn wij - en 13 000 anderen - heel dankbaar voor.

En wat een massa volk! Niet alleen al die wandelaars, maar vooral ook al die supporters langs de weg. Het is wel heel duidelijk dat dit het hoogtepunt is van het jaar in Bornem en de omliggende gemeenten. Ik had nooit verwacht dat dit ‘s nachts zo een feest zou zijn. Ik voel me soms wel deelnemer aan een carnavalsstoet met al dat bekijks, we zitten nog net niet in een praalwagen en gooien nog net geen confetti. Die supporters tijdens de nacht blijven tot in de vroege uurtjes staan, met veel muziek en sfeer. Dit is echt wel heel leuk en heel motiverend. Rond een uur of 6 merk je dat de shift zich wisselt. De muziek en de nachtbrakers worden opgeborgen en de ochtendsupporters komen tevoorschijn. Op dit moment zijn we de controlepost in Lippelo (41,7 km) reeds gepasseerd, het is dan ongeveer half 6. De tocht verloopt tot nu al heel vlot. Geen dipjes, we drinken veel water, doen er geregeld elektrolyten in, eten op tijd en stond iets kleins en gaan geregeld stretchen. Op alle mogelijke momenten dat je even moet stilstaan zoals in de wachtrij aan de toiletten is het goed te blijven stretchen. Ik kan ook effectief niet anders want stilstaan staat bij mij gelijk aan pijn hebben. Sinds de start wringt mijn maag wel een beetje, maar ik weet dat dit zal duren tot we aangekomen zijn. Dit is nu eenmaal mijn grootste probleem aangezien ik prikkelbare darmsyndroom heb. Ik eet geen voeding dat door de organisatie gegeven wordt, enkel een banaan en grannykoek neem ik aan. Voor de rest eet ik enkel mijn eigen voorraad dat ik uitvoerig getest heb tijdens de trainingen.

Langs de Rijksweg Temse Breendonk

Kasteel d’Ursel, Bornem

Zeesluis van Wintam

Lippelo gepasseerd voel ik ook de darmen opspelen. De volgende controlepost is Buggenhout op 50,2 km, die mag dus snel gaan komen. Daar aangekomen (7u40) lijkt het alsof de hele wereld al op de dixi geweest is. Maar ach, verstand op nul, het moet nu eenmaal. We zijn nu effectief in de helft en tot hiertoe hebben we geen enkel probleem gehad. Mijn papa en mijn zus staan ons hier op te wachten met nog wat voorraad zoals boterhammen en wat fruit, iets anders krijg ik niet meer binnen. Ik eet steeds kleine beetjes omdat het moet… Onze volgers hebben ook mijn reserveschoenen bij. Door ‘s nachts geregeld het natte gras in te moeten voor plaspauzes, zijn mijn schoenen en bijgevolg ook mijn sokken nat geworden. Ik wissel ze toch maar om zoveel mogelijk blaren te voorkomen. Mijn regenjasje - tegen de kilte in de ochtend - mag ondertussen ook uit. En zo zijn we klaar om de tweede helft aan te vangen.

Op weg naar de controlepost in Opwijk blijken de darmen het toch wel knap lastig te krijgen. Het is een kleine 7 kilometer stappen en wanneer we daar aankomen is het 8u48. Onze gemiddelde snelheid ligt vrij hoog momenteel, het is duidelijk dat ik op zoek ben naar een dixi. Ik neem dan ook maar een imodium - of twee - om de krampen wat tegen te gaan en de maїs gedurende de volgende 8 km niet voortdurend te moeten opzoeken. Dit blijkt al snel verlichting te brengen, gelukkig.
Rond kilometer 60 komt er even een klein dipje, niets ernstigs, gewoon een beetje moe en pijn. De knieën - en dan vooral de rechterknie - doen vrij lastig, al sinds kilometer 30. Maar zoals gezegd niets ernstigs waardoor ik niet meer kan stappen. Het doet pijn ja, maar dat doet het tot de aankomst.
Wanneer ik dan 3 vriendinnen zie die komen supporteren, komt dat op de perfecte moment. Het blijkt echter nog niet zo eenvoudig te zijn om iemand te vinden, ze zijn ons drie keer mislopen. De internetverbinding is al sinds de start heel slecht, waardoor het delen van mijn locatie soms wegvalt. Maar kijk, de aanhouder wint! En zo is het ook voor de supporters een hele belevenis.

Goeiemorgen! Veel maїs,

mooie wandelpaadjes

en lange rechte stukken. Tanden bijten!

Wanneer we om kwart voor 11 aankomen in de controlepost van Lebbeke (65,2 km), is de temperatuur al behoorlijk opgelopen en wordt het tijd om de lange broek in te wisselen voor een short. Hier staat de papa van mijn vriendin ons op te wachten met thee waarin goed veel suiker zit. Dit geeft even een welkome boost. We blijven ook in deze post niet lang hangen. Onze routine bestaat uit: aanschuiven toilet, water bijvullen, stretchen, even kijken of we iets te eten kunnen meenemen en daarna weer door. Geen tijd verspillen maar vooral niet te lang stilstaan of gaan zitten. De spieren doen pijn, dus gewoon het tempo blijven aanhouden voelt voor ons het beste.
Op weg naar Baasrode komen we mijn papa en mijn zus nog eens tegen. Ik neem mijn pet uit de voorraadzak, nog wat boterhammen en appelsienpartjes en we gaan weer verder. Het begint echt wel warm te worden, de pet moet dus op om een eventuele zonneslag te vermijden.
Naast de spoorweg zien we ook nog een paar bekenden, met zonnecrème en een verkoelende gel voor de spieren. Dit geeft even verlichting maar kort daarna krijg ik echter een heel moeilijk moment. We zijn dan ongeveer op kilometer 70. Mijn benen doen zo veel pijn dat de tranen me in de ogen staan. Het tempo zakt een beetje maar we stappen koppig verder tot de controlepost in Baasrode. Van opgeven is geen sprake, dit is trouwens geen enkel moment in mijn gedachten opgekomen. Die laatste kilometers lijken eeuwig te duren. We zien vlak voor de post gelukkig nog bekende supporters waardoor ik een cola kan meepikken. Klein gelukske!

Eindelijk is daar dan de volgende controlepost (Baasrode, 72,9 km). Ik heb een kortstondig moment gedacht om even te gaan liggen met de benen omhoog om de pijn te laten zakken, maar dankzij mijn vriendin en mijn eigen gezond verstand dat er toch nog ergens zat, heb ik dit niet gedaan. We doen gewoon zoals in elke andere controlepost maar deze keer neem ik een paracetamol en drink ik de cola met kleine beetjes op. Ondertussen blijven we eten en drinken en doe ik wat extra elektrolyten in mijn water tegen de krampen.
Het is nu maar een klein stuk tot de volgende controlepost, een 5-tal kilometer. We wandelen in de vlakke zon, langs een mooi stuk op de dijk. Stilletjes aan komt ons tempo terug op gang waardoor we de volgende controlepost in Sint-Amands (78 km) opnieuw op een stevig tempo binnenwandelen. Het is dan ongeveer half 2.

Kaap van 75km gehaald

Sint-Amands

Van Sint-Amands gaat het via de controlepost in Puurs (85,8 km) naar de controlepost in Oppuurs (89,5 km). We wandelen lange rechte stukken langs de spoorweg, door bos en langs straten waar enorm veel mensen staan te supporteren. Ons tempo ligt hoog en we wandelen Oppuurs binnen aan een topsnelheid van 5,9 km/u. Wanneer ik sta aan te schuiven aan de toiletten voel ik een blaar opengaan aan de rechterhiel. De linkerhiel voelt niet veel beter. Maar de schoenen uitdoen is nu echt een heel slecht idee. We moeten nog maar 10 kilometer doen, dus het wordt bijten door de pijn heen. We zien hier nog bekende supporters aan de controlepost en na een cola gaan we er snel vandoor. We willen geen tijd verliezen en hebben ook geen zin om te treuzelen. Ik wil de pijn opnieuw onder controle krijgen. Het is nu kwart voor 4. Ik hoor dat mijn papa ons tegemoet komt om met ons mee te wandelen. Dit zie je nu trouwens meer en meer, familie en vrienden die de wandelaars komen ondersteunen voor de laatste kilometers. Ook mijn kinderen zijn gearriveerd en staan ons op te wachten net voor de volgende controlepost.

Wij kunnen nog steeds dansen, ook na 90 kilometer.

En stevig doorstappen, dat kunnen wij ook.

Het duurt eventjes eer ik opnieuw op gang kom, eer ik opnieuw op een normale manier kan stappen met die pijnlijke blaren. Maar op één of andere manier lukt dat, vergeet je dat er pijn is en ga je door de pijn heen. Een extra paracetamol heeft hier misschien bij geholpen, dat ook ja. En de cola, die deed ook echt goed. En een vriendin mee hebben die niet klaagt en de pijn heel goed kan verbijten, dat helpt ook. Het enige dat ik nu nog doe is water blijven drinken, noten eten en blijven babbelen. Mijn papa heeft ons ondertussen gevonden en stapt met ons mee, dat zorgt voor de nodige afleiding. We wandelen een heel stuk in de schaduw en door het bos. Wanneer we het bos uitkomen klinkt er muziek en staan mijn kinderen daar klaar om met ons mee te stappen. We zitten dan op 95 km en het is iets voor 5 uur. Ik voel toch eventjes wat tranen opkomen omdat ik hen zie, maar ze pikken gewoon aan en we gaan door. Wanneer ik ze hoor zeggen “amai mama jullie stappen wel heel snel” en ze moeite moeten doen om ons bij te houden, voel ik de trots al opkomen. Al een geluk was ik nog helder genoeg om een bericht te sturen om de steps zeker niet te vergeten, die komen goed van pas.

Onderweg naar Branst, de laatste controlepost.

Branst

En dan zien we daar de laatste controlepost in Branst op 95,7 km. Het is kwart over 5. We stoppen niet maar tanken enkel water bij. Je voelt de spanning en emotie stijgen, onder de wandelaars zie je al geregeld traantjes vloeien, zowel van pijn als van ontlading. Er zit een massa volk in de cafés, op de terrassen, op de stoep en er wandelen heel veel supporters mee met hun wandelaars. Het heeft bijna iets magisch. In deze laatste kilometers wandelen ook mijn schoonbroer en nichtje mee. Ze schrikken van het tempo dat de meesten nog stappen. Ik had zelf ook gedacht dat ik meer ging kruipen dan stappen maar het tempo blijft vrij hoog. Wanneer we muziek passeren kan er zelfs nog een huppeltje vanaf. Nu zitten we echt in de laatste kilometers. Het zijn lange kilometers, maar ik ben heel blij dat we die met mijn kinderen en wat familie kunnen stappen.
Wanneer we Bornem binnen stappen zien we de spandoek van de laatste 500m. Vanaf dan staan er ook nadarhekken en worden de wandelaars van de supporters gescheiden. De mensenmassa wordt steeds groter en groter, applaus klinkt, traantjes vloeien rijkelijk bij veel wandelaars. Bij ons valt dat laatste wel mee, uiteraard zijn we emotioneel en hebben we een traantje weggepinkt. Maar we zijn vooral ontzettend trots op onszelf en wandelen verder tot we bloemetjes krijgen van onze supporters, in de laatste meters voor de aankomst.


We komen over de eindstreep om 18u02 na 100 kilometer en 20 uur 43 minuten stappen. Wat een zot heerlijk gevoel!

De allerlaatste! 99 km gedaan…

Bijna…

Finishers!

We gaan voor het eerst in bijna 21 uur zitten. We trekken onze schoenen uit en meten de schade op. Ik heb op elke hiel een grote blaar en nog een paar kleintjes aan de tenen, al bij al mag ik tevreden zijn dat ik er pas op kilometer 90 echt last van kreeg. En nu, naar huis, een warm bad en echt voedsel.

Rest mij alleen nog de supporters en mijn kinderen te bedanken voor de aanmoedigingen en de berichtjes - ja ook ‘s nachts! - voor het meestappen en de bevoorrading, voor alle mentale steun in welke vorm dan ook en voor de bloemetjes. En mijn vriendin om mee te doen met dit zotte idee en het mee tot een goed einde te brengen.

Schade opmeten

Trots!

Doe ik dit nog eens opnieuw? Wie mij dat onmiddellijk na de aankomst gevraagd heeft, kreeg een luide “nee” te horen. Nu weet ik het nog niet zo zeker. Het was heel leuk, een echte belevenis, de sfeer, de ambiance, de uitputting en de pijn, en het gevoel om dan na 100 km over de finish te stappen. Alleen doe ik het zeker niet. Dus wie zich geroepen voelt om de uitdaging aan te gaan, laat het mij weten en ik denk er nog eens over na.

Nu ik dit schrijf, een week later, voel ik mij helemaal top. Alle spieren in mijn benen waren uiteraard stijf, maar ik heb het meeste last gehad van de blaren. Voor de rest ben ik dankzij mijn goede voorbereiding vlotjes gerecupereerd. Enkel de maag, die doet nu een week later nog steeds pijn als ik iets eet.

Voor wie de uitdaging volgend jaar wil aangaan, de 57e dodentocht zal doorgaan op 14 augustus 2026. Wij kunnen alvast een aantal tips geven om hem succesvol uit te stappen.

  1. Rust vanaf de dag ervoor goed.

  2. Hydrateer vooraf goed: begin een aantal dagen voor de start voldoende water te drinken en ook de dag zelf.

  3. Eet een aantal uur voor de tocht een pasta voor de nodige koolhydraten.

  4. Vertrek ruim op tijd om onnodige stress te vermijden. Geloof me, die stress werkt op je darmen.

  5. Drink veel gedurende de tocht. Niet wachten tot je dorst hebt, dan is het al te laat. Doe elektrolyten in je water zodat je magnesium en zouten aanvult.

  6. Als je vooraf getest hebt welke voeding je kan verdragen, stick to the plan. Neem die voeding mee, laat je bevoorraden maar neem geen voeding van de controleposten indien je twijfelt. En… blijf van de Duvel!

  7. Eet voldoende, ook al heb je geen honger. Eet steeds kleine beetjes: noten, energierepen, boterhammen, peperkoek, banaan, appelsientjes, … Wat snoepjes tussendoor voor wat extra suiker is ook altijd goed. Druivensuiker niet vergeten!

  8. Wandel op het tempo dat je gewend bent, en probeer dit tempo gedurende de hele tocht vast te houden. Ga niet sneller. Er zullen periodes zijn dat je trager gaat, en dat is ok. Forceer je dan niet. Je tempo zal uiteindelijk vanzelf terug versnellen wanneer je uit de dip bent.

  9. Indien je een dipje hebt, en die gaat sowieso komen, laat die dip er zijn. Je komt hem wel te boven, er komen er nog. Neem op dat moment iets van extra suiker, zouten, cola, fruit, …

  10. Neem paracetamol en imodium mee. Ik heb ze beiden nodig gehad. 

  11. Vergeet geen wc-papier!

  12. Stretch zoveel mogelijk tussendoor. Je rug, bekken, benen, ze kunnen het allemaal gebruiken. Hou elke stretch ongeveer 20 seconden aan. Dit is goed voor de bloedcirculatie zodat de spieren even terug meer zuurstof en voedingsstoffen krijgen.

  13. Hoe moeilijk ook: ga niet zitten of liggen! Water bijvullen, naar toilet gaan, stretchen en doorgaan. Ook al heb je zo veel pijn en zie je mensen wel gaan liggen: doe.het.niet.

  14. Zorg voor supporters langs de weg, mensen die even met je kunnen mee stappen, je kunnen aanmoedigen. Laat mensen berichten sturen. Dit helpt, sowieso. 

  15. En de laatste: zorg voor een goede voorbereiding. Dit helpt om het te kunnen volhouden, maar ook in het herstel achteraf.

  16. SUCCES

Vorige
Vorige

Augustus in beeld

Volgende
Volgende

De dodentocht? Zo pak je het aan.